Ongeveer 5% van de kinderen heeft DCD. Dit is een ontwikkelingsstoornis, voorheen vaak dyspraxie genoemd. In de serie Lannoo Opvoeding zijn een aantal handige boeken uitgebracht over kinderen. Zoals dit boek: Mijn kind heeft DCD. Het is een gids voor ouders, leerkrachten en hulpverleners.
Kinderen met DCD zijn vooral te herkennen aan hun onhandigheid. Ik zal hieronder wat dieper ingaan op wat DCD is. Echte verdieping vind je natuurlijk in het boek zelf!
Symptomen van DCD/Dyspraxie
Er zijn een aantal specifieke kenmerken bij kinderen met DCD. Misschien heeft jouw kind nooit deze diagnose gekregen, maar is er herkenning als je deze symptomen ziet?
Kinderen met DCD:
- kunnen problemen hebben met drinken uit de fles (zuigen)
- rollen, kruipen, lopen veel later dan gemiddeld
- kunnen in een onlogische volgorde iets leren, bijvoorbeeld eerst lopen, dan pas kruipen
- vertonen veel passief gedrag als het gaat om bewegen
- vallen eerder en meer dan andere kinderen
- stoten zich opvallend vaak
- hebben wat meer moeite om zelfstandig zitten, hangen vaak tegen iets aan
- leren ook minder makkelijk motorische vaardigheden op de basisschool
- tekenen vaak pas later herkenbare figuren
- vertonen tijdens de gymles wat houterig gedrag
- zijn vaak en eerder moe dan andere kinderen
- vergeten vaak handelingen (handen wassen, volgorde van iets)
- handschrift is vaak slordig
- hebben vaak nog veel sturing nodig bij motorische uitvoering van taken, ook als ze al 12 jaar of ouder zijn.
Niet alle kinderen hebben alle kenmerken. Soms is de problematiek het duidelijkst bij de fijne motoriek, bij andere kinderen gaat het vooral om de grove motoriek. Het is vaak een coördinatieprobleem tussen het uitvoeren van handelingen en de aansturing vanuit de hersenen. Bij sommige kinderen zal dit veel minder duidelijk zijn dan bij andere kinderen.
Je zult begrijpen dat dit niet alleen lastig is voor het kind zelf, maar dat ze vaak ook een stempel krijgen als bijvoorbeeld lui, slordig, ongemotiveerd… Het tijdig herkennen en erkennen voorkomt problemen en onbegrip.
Oorzaken van dyspraxie (DCD)
DCD is er vanaf de geboorte. Je kunt het niet krijgen na een ongeval bijvoorbeeld. Het is een neurobiologische aandoening, waarbij de hersenen (geleidingsstof) niet helemaal goed werken.
Tijdens de zwangerschap en de bevalling kunnen er wel factoren zijn die DCD bij de baby veroorzaken. Het is nog niet helemaal duidelijk wat precies de redenen is, soms is het een samenloop van factoren. Zoals bijvoorbeeld een infectie bij de moeder tijdens de zwangerschap, zuurstoftekort tijdens de bevalling. Een lage Apgarscore kan al een signaal zijn. DCD kan ook een genetische oorzaak hebben.
Dyspraxie vaststellen
Dat is heel moeilijk. Er is hersenonderzoek mogelijk waarbij men zou kunnen aantonen dat bepaalde verbindingen in de hersenen niet optimaal zijn. Bijvoorbeeld aan de hand van de geleidingsstof of witte stof in de hersenen. In de praktijk wordt dit nog niet gedaan, alleen voor wetenschappelijke onderzoeken.
Ouders, maar ook vaak leerkrachten zullen zelf signaleren dat er iets trager verloopt met het kind dan normaal. Of dat de ontwikkeling niet gaat, zoals je zou verwachten bij kinderen. Een kinderfysiotherapeut zou wel enkele testen kunnen uitvoeren. Als de problemen ernstig zijn, zal de kinderarts of kinderneuroloog bepaalde onderzoeken doen naar bijvoorbeeld de spiertonus, reflexen en beweeglijkheid van de gewrichten. Zij willen ook uitsluiten dat er geen andere ziekte of aandoening deze klachten veroorzaakt.
Dyspraxie / DCD bij volwassenen
De motorische problemen zijn bij volwassenen vaak minder opvallend. Vaak is hierin ook wel een weg gevonden, waarbij bepaalde vaardigheden niet vaak meer gebruikt hoeven te worden. Toch zijn er wel problemen bij volwassenen met dyspraxie. Denk aan een verhoogde kans op emotionele, sociale en gedragsproblemen. Denk aan angststoornissen of depressiviteit. Ook is er een verhoogd risico op obesitas en hart- en vaatziekten.
Interessant
Ik had meteen interesse voor dit boek. Mijn oudste zoon, die overigens bijna zijn studie universitaire studie rechten succesvol heeft afgerond, had duidelijke kenmerken van dyspraxie tijdens zijn jeugd. Hij heeft overigens ook ernstig zuurstoftekort gehad tijdens de (veel te lange) bevalling en een hele lage Apgarscore. Met zijn grote lijfje lag hij bijna een week in de couveuse. Van nauwelijks op iets reageren, herstelde hij ineens wonderbaarlijk. Maar daarna zijn er altijd wel kleine problemen geweest. Bijvoorbeeld met leren fietsen, veters strikken, zelf kleding aantrekken. Ook veel angsten, die niet pasten bij zijn leeftijd. Hij heeft ook professionele hulp gekregen op jonge leeftijd en dat heeft hem heel goed gedaan.
In één sport heeft hij zich trouwens bijzonder zeer goed ontwikkeld, terwijl de meeste andere sporten qua coördinatie nog steeds niet aan hem besteed zijn. Wij hebben daar nooit een probleem van gemaakt. Soms gewoon met elkaar lachen daarom (toen hij iets ouder was) en vooral kijken naar wat wel allemaal goed gaat!
Wil je meer weten over DCD/dyspraxie? Dan kan ik zeker dit goed leesbare boek over DCD van Kaat & Griet Dewitte van harte aanbevelen.
Praktische informatie
Titel: Mijn kind heeft DCD
Ondertitel: Gids voor ouders, leerkrachten en hulpverleners
Schrijvers: Kaat Dewitte en Griet Dewitte
Uitgeverij: Lannoo
ISBN: 978 94 014 4461 3
Aantal bladzijden: 189
Prijs: 22,50
Te bestellen bij Bol.com en Bookspot
Jenny
Laatste berichten van Jenny (toon alles)
- Voeding, beweging, gezondheid en wellness: Trends voor 2025 - 25 december 2024
- Afvallen in 2025: Wat is de gouden formule? - 22 december 2024
- Is mozzarella gezond of toch ongezond? Dit moet je weten! - 19 december 2024
Jenet zegt
Misschien is het volgende programma een goede therapie: perceptual enrichment programm, http://www.pepnederland.nl.
Dit programma stimuleert het aanleggen van hersenverbindingen.